Afgelopen maandagavond vierden we in de Willibrordusparochie in Geijsteren het traditionele Ceciliafeest. We starten met een h.mis in de crypte van de kerk en daarna worden de vrijwilligers getrakteerd in café ’t Trefpunt. Bij het kerkkoor waren dit jaar 3 jubilarissen. De dames Mia Jakobs-Vennekens en Jeanne Kleeven-Weijers waren 40 jaar bij het koor. Zij ontvingen voor hun inzet de eremedaille in goud van de Gregoriusvereniging met bijpassende oorkonde. Bets Deriks-Weijers was 50 jaar lid van het zangkoor. Als blijk van waardering ontving ze het jaartalinsigne van de eremedaille in goud van de Gregoriusvereniging. Ook daar hoort een passende oorkonde bij. Zij werd lid in 1970 en pas in dat jaar werden er in Geijsteren vrouwen toegelaten bij het koor. Een andere reden was ook dat het aantal mannen wel erg klein was. Van Fons Baltussen leerde ze de gregoriaanse gezangen, daarna nam Marie-José Kunen de directie over en de laatste 20 jaar is Ivonne Kuiper de dirigent. Zes pastoors, te weten Gelissen, Moors, Peters, van Kempen, Wauben en Clemens maakten ze mee. In de beginjaren moesten ze nog de zangzolder op. Zingen op die zolder was niet ideaal, het geluid van de zang en het orgel liep niet synchroon. Er werd met de inzet van veel inwoners een nieuw oksaal gerealiseerd en sinds 1981 wordt vanaf daar gezongen. Het kerkkoor heeft nog 6 leden en ze verzorgen elke zondagochtend de gezangen in de hoogmis. Samen zingen geloof je meer dan in je eentje.
St. Willibrorduskerk Geijsteren
De parochiekerk staat sinds 1949 midden in het dorp aan de Dorpstraat 18 te Geijsteren. Een hechte dorpsgemeenschap van 420 inwoners omringd dit gebouw en houden haar nog altijd “levend”. Aan de achterkant van de kerk staat een campanilla, waar dagelijks nog de klokken luiden. Onder de kerk is een crypte waar in de wintermaanden de missen worden gelezen. De parochie is blij met het grote aantal vrijwilligers. We hebben twee kosters, een kerkkoor met een eigen organist, een groep lectoren, een avondwakegroep, een groep dames die voor de versiering zorgt, een groep dames die de kerk poetst en een groep die de kinderviering verzorgd met kerstmis. En niet te vergeten het onderhoud en beheer van het kerkhof.
Wanneer je de kerk binnenkomt valt meteen de hoogte van het gebouw op. Boven het oksaal is een mooi roosvenster, als symbool van volmaaktheid. Wat verder aan de linkerkant is de Jozefkapel en rechts van het altaar is de Mariakapel. Onder het priesterkoor bevindt zich de crypte met lage, kunstig gemetselde gewelven en zuilen. Welhaast de meest gewijde ruimte van de kerk.
----------------------------------------------------
Op de plaats waar nu het kerkhof van de Willibrordusparochie in Geijsteren is, zou al een houten gebouw hebben gestaan in de tiende eeuw, dat dienst deed als kerk. Later werd dat vervangen door steen. In 1525 werd een gotische kerk gebouwd. Hiervan bleef de toren bewaard toen in 1865 een nieuwe neo-gotische kerk tot stand kwam, ontworpen door Carl Weber. De toren werd in 1885 gerestaureerd door Carl Weber en in 1923 door Casper Franssen. Op 5 november 1944 werd de kerk en de toren door oorlogsgeweld verwoest. De Willibrordusklok en de inventaris gingen grotendeels verloren.
Na de oorlog werd er gesproken om de vernielde kerk te herstellen. Maar na veel touwtrekkerij en geharrewar besluit het bisdom op 23 september 1948 dat een nieuwe kerk midden in het dorp gebouwd zal worden. Architect is A. Boosten uit Maastricht. Het eerste ontwerp toont een kerk met een toren, die echter nooit gerealiseerd werd. Het werk van aannemer A. van Alphen uit Drunen vordert gestaag en op 18 december 1949 kan de intocht in de nieuwe kerk, midden in het dorp, plaatsvinden. Het orgel is gebouwd door de fa. Verschueren en wordt op 4 februari 1951 ingewijd.
In de kerk is een Mariakapel, een Jozefkapel, een parochiekantoor en een crypte onder het priesterkoor. Sinds 2022 worden daar in de wintermaanden de missen gedaan.
De houten klokkentoren buiten, achter de kerk, wordt in 1979 vervangen door een grotere toren van beton. De klok luidt nog dagelijks.
De oudste kerk van Geijsteren zou een houten gebouw uit de 10e eeuw kunnen zijn geweest, welke door een (natuur-)stenen kerk werd vervangen. In 1525 werd een gotische kerk gebouwd. Hiervan bleef de toren bewaard toen in 1864-1865 een nieuwe, neogotische, kerk tot stand kwam, ontworpen door Carl Weber. De toren werd in 1885 gerestaureerd door Carl Weber en in 1923 door Caspar Franssen. Einde 1944 werden kerk en toren echter door oorlogsgeweld verwoest. Hierbij ging de uit 1416 daterende (en in 1691 hergoten) Willibrordusklok verloren en ook de kerkinventaris ging verloren, op enkele beelden van Willibrord na, en ook een schilderij, uitgevoerd naar een gravure van Abraham Bloemaert, bleef bewaard. Deze voorwerpen vonden een plaats in de te bouwen nieuwe kerk.
Deze nieuwe kerk werd op een andere plaats dan de oude gebouwd, en kwam gereed in 1949. Architect was Alphons Boosten. Een houten klokkenstoel kwam naast de kerk te staan, en daarin werd de Catharinaklok uit 1416 opgehangen.
In 1979 werd deze klokkenstoel vervangen door een betonnen open klokkentoren naast de kerk, ontworpen door P.W. Lerou. Gebouw Het nieuwe gebouw is een zaalkerk met halfrond afgesloten koor, voorzien van hoge, rondbogige vensters. Een triomfboog vormt de scheiding tussen schip en koor. Het hoge interieur is uitgevoerd in schoon metselwerk. In de voorgevel bevindt zich een roosvenster. Het orgel is een Verschueren-orgel uit 1951. Tegen de kerkmuur is een oude grafsteen ingemetseld.